Mijn heer worde niet toornig, omdat ik voor u niet kan opstaan, want het gaat mij naar de wijze der vrouwen. - Genesis 31
En hij nam ze, en hen over die beek trekken; en hij deed overtrekken hetgeen dat hij had. - Genesis 11
Toen zeide de HEERE God tot die slang: Dewijl gij dit gedaan hebt, zo zijt gij vervloekt boven al het vee, en boven al het gedierte des velds! Op uw buik zult gij gaan, en stof zult gij eten, al de dagen uws leven! - Genesis Pi
Mijn geliefde is mij een bundeltje mirre,rustend tussen mijn borsten (1:13) - Hooglied