Omstreeks de jaren 1937 scheen het gebruik van het plus-teken in zwang te raken.[1] Van der Pi merkt echter terecht op dat dit teken daarvóór niet als op zichzelf staand symbool gebruikt werd.[2] Veeleer scheen het hem toe dat dit plusteken organisch ontstaan was als negatie van het minteken en middels conventie en gemak een eigen positie als plus-zijnde verworven heeft.

Deze hypothese markeert de breuk tussen de zogeheten essentialisten en complexitanten.
Referenties
- ↑ Zie hiervoor De Etymologie van de Wiskunde door K∀ℝ∃L van der Pi.
- ↑ Hoofdzakelijk gebruikte hij voor zijn hypothese de 20ste-eeuw-annalen uit de bron.